De uitslagen van de bloedtest en de nekplooimeting in combinatie met uw leeftijd en precieze duur van de zwangerschap, bepalen hoe groot uw kans is op een kind met downsyndroom. Het onderzoek geeft geen zekerheid.
Bij een verhoogde kans op een kind met downsyndroom krijgt u vervolgonderzoek aangeboden. Hiermee wordt met zekerheid vastgesteld of uw kind Downsyndroom heeft of niet.
Verhoogde kans
Van een verhoogde kans is in Nederland sprake bij 1 op 200 of hoger op het moment van de test. Dit betekent dat van elke 200 zwangere vrouwen één vrouw zwanger is van een kind met Downsyndroom. De andere 199 vrouwen zijn niet in verwachting van een kind met downsyndroom.
Een verhoogde kans is dus niet hetzelfde als een hoge of grote kans. Ook als uit het onderzoek geen verhoogde kans komt, is dit geen garantie op een gezond kind.
Verdikte nekplooi
Een verdikte nekplooi komt niet alleen voor bij Downsyndroom. Ook bij gezonde kinderen wordt soms een verdikte nekplooi gezien. De verdikking kan ook wijzen op andere chromosoomafwijkingen en lichamelijke aandoeningen bij het kind, zoals hartafwijkingen.
Als de nekplooimeting 3,5 millimeter of meer aangeeft, dan krijgt u altijd een uitgebreid aanvullend echoscopisch onderzoek aangeboden.